De wereld staat niet stil, mijn burn-out en ik wel
De wereld staat niet stil, mijn burn-out en ik wel
Ik ben Leanne en ik ben 26 jaar, op het moment zit ik in een burn-out en dit begon rond mei 2018. Stapje voor stapje gaat het steeds beter, maar ik ben er helaas nog niet. Het proces wat ik doorloop zie ik als een soort rouwfase. Op die manier wil ik jullie daarom ook meenemen in mijn verhaal.
Ontkenning
Vol in de bloei van mijn leven, zoveel mogelijk doen en niet te vergeten te genieten. Zo heb ik mijn leven altijd gezien. Ik liep stage in Oss en woonde in een super leuk studentenhuis in Nijmegen. De stage was 32 uur in de week en daarnaast had ik nog een bandje, mijn sociale leven, mijn liefde en was ik op zoek naar een bijbaan want ja ik moest ook geld hebben. Mijn vrienden woonden her en der en ik ging dan ook graag met de trein overal heen. Nooit gedacht dat dit mij zou brengen naar het punt niet meer te kunnen reizen. De ironie! Goed, ik genoot van elk moment, ik ben een persoon die heel erg volgens haar hart leeft en dan ook erg open staat voor andere mensen. Dat lukte mij ook eigenlijk altijd wel, er was altijd wel een manier. En daarnaast: dat lukte iedere jongere toch? Want je bent immers nog jong dus je kan veel aan.
Dat tij keerde rond mei 2018 toen ik voor het eerst een paniekaanval kreeg op mijn stage, het was er ineens. Ja, ik had het erg druk met stage en de dingen er omheen maar in mijn hoofd klopte het niet. Waar kwam dit vandaan? Grote angst overspoelde mijn lichaam. Wat kon dit betekenen? Ik weet nog hoe ik eerder van stage weg liep, het voelde alsof ik een filmwereld zat en alsof ik elk moment kon omvallen. Eigenwijs als ik was ging ik door, na een lange stage dag nam ik wel ‘rust’ en ik probeerde minder af te spreken. Het werd even minder, maar helaas rond juni werd het weer erger. Ik was tegen het einde van mijn stage en beoordeling aan. Daarom probeerde ik maar tegen mezelf te zeggen: nog even volhouden Leanne. Op stage had ik het aangegeven en gelukkig werd er hier en daar rekening mee gehouden. Echter kon ik natuurlijk niet zomaar stoppen of ineens thuis werken. Tot het moment dat het niet meer houdbaar was. Ik was alsmaar ongezond alert op mijn omgeving en was niet geheel ‘aanwezig’ in het hier en nu, concentreren ging niet meer. Daarom heb ik uiteindelijk in overleg met mijn stage besloten om de laatste twee weken thuis te blijven, het eindverslag af te maken en voor de eindpresentatie terug te komen.
De stage heb ik gehaald maar ik kan je zeggen dat dit met heel veel pijn en moeite is gegaan. Een mens kan heel veel aan maar tot op zekere hoogte. Toen had ik zomervakantie en waar veel vrienden er super veel zin in hadden en plannen maakte was het bij mij donker. Sommige van mijn paniekaanvallen kreeg ik op straat in de stad, waardoor ik een tijdje niet meer ‘alleen’ durfde te lopen op straat. Nog steeds vind ik het lastig, maar ik blijf het wel proberen. Tenslotte besloot ik de hulp te zoeken die bij mij paste, ik ging naar de haptonoom. De haptonoom helpt je door middel van aanraking op je lichaam terug te komen bij jezelf maar ook terug te komen bij de herinnering die ervoor zorgde dat ik bijvoorbeeld die paniekaanval kreeg. Zij heeft er voor gezorgd dat ik er achter kwam hoe ik hier nou ‘ineens’ in belandde en zij bracht me stukje voor stukje weer terug bij mezelf.
Woede
Erachter komen hoe dit heeft kunnen gebeuren ging niet zonder vallen en opstaan. Het was een donkere periode en ik was een tijd lang en soms nog steeds zo kwaad op mezelf. Waarom gebeurd dit mij? Waarom nu? Ik dacht dat ik altijd wel goed reflecteerde op mezelf en wist waar ik mee bezig was. Het bracht ook woede naar welke keuzes ik had gemaakt maar ook welke keuzes anderen hadden gemaakt. Goed om te weten is dat een burn-out vaak een combinatie lijkt te zijn van jouw referentiekader en hoe je daar mee om gaat. Zo heb ik thuis een moeilijke periode gehad en heeft onder andere dat mij gevormd tot wie ik ben. Interessanter was dat mijn mechanisme (hoe ik om ga met mijn dagelijkse routine), ontstaan is in groep 4. Ik was 8 jaar, werd voor de klas gezet door de meester, omdat ik in mijn beleving uit moest leggen waarom ik bleef zitten. Toen ik dit niet kon heeft hij het uitgelegd op een manier die mij voor de rest van mijn leven zal vormen. Het kwam er op neer dat ik minder goed was in rekenen. Maar de meester vond het nodig om te vetellen dat het bij de rest van de klas ‘het ene vakje in en het andere vakje uit’ ging en bij mij moest het eerst nog allemaal vakjes door voordat ik het EINDELIJK snapte. Vanaf dat moment voelde ik mij aparter dan de rest en heb ik besloten om mijn eigen boontjes te doppen. Nooit heb ik gedacht dat dit mij zo had geraakt dat ik er jaren later nog tegen aan zou lopen. Uiteraard komt daarbij dat ik jarenlang woede heb gehad naar die meester toe. Daar ontstond het gevoel van bewijzen al, ik kon iets minder dan de rest en niemand wil toch zo neergezet worden? Zeker niet als kind van 8 jaar! Die zomer besloot ik het rustig aan te doen maar ik moest er niet aan denken dat ik in mijn studie moest vertragen. En daar ontstond de volgende fase.
Marchanderen
Dit is de fase van onderhandeling. Ik ging in onderhandeling met mezelf. Hoe kon ik ook anders? Die zomer voelde al alsof ik veel moest missen op deze te jonge leeftijd. Maar het was niet anders en ik wilde na de zomer met mijn minor startten. Dat werd ‘theater maken’ in Utrecht, deze minor sloot mooi aan op mijn opleiding Culturele Maatschappelijke Vorming (Social Studies) en was wat ik altijd al wilde. EN, ik hoefde minder naar school dan vorig jaar dus ik zou het toch gewoon aan moeten kunnen? Ik wilde het in ieder geval proberen… Zo gezegd zo gedaan, startte ik in september in aan de Hogeschool in Utrecht. Het was pittig zo op dat drukke station, zeker als je zintuigen nog steeds wijd open staan en je je best moet doen om jezelf af te kunnen sluiten. Maar het leek goed te gaan en op de minor heb ik het na de eerste twee weken ook aangegeven. Dat was een tijdelijke last van mijn schouder. Tijdens de therapie zij mijn haptonoom dan ook vaak dat ik moest doen wat goed voelt en goed naar mijn lichaam moest luisteren. Ze zag dat ik enthousiast werd van deze minor, maar zei wel dat ik op moest letten of het niet te veel werd. Nog altijd ben ik haar dankbaar voor het niet willen forceren van mijn ontwikkeling, want achteraf heb ik dit nodig gehad om te beseffen dat het eigenlijk nog te veel was. Trouwens niet alleen haar maar ook mijn naaste omgeving.
Verdriet en depressie
Dat besef dat het nog te veel was, kwam nadat ik twee maanden minor had gevolgd.Ik kreeg weer een paniekaanval in de les en dat was een behoorlijke teleurstelling. Als kers op de taart viel ik eind diezelfde week van de trap en had ik een hersenschudding. Daar stootte ik letterlijk en figuurlijk mijn hoofd tegen de muur. Diep van binnen wist ik eigenlijk dat het niet langer zo kon. Maar ik wilde nog ZO graag. Na twee weken thuis zitten besloot ik het nog eens te proberen op de minor, maar al snel in de trein richting Utrecht werd ik helemaal gek van binnen. Ik kon alleen maar huilen en ik was weer zo moe, net zoals van de zomer. Was ik dan weer helemaal terug bij af? Uiteindelijk kwam er een weekend waarin mijn ouders op bezoek waren toen mijn vriend een weekend weg was. Met mijn ouders was het ook niet altijd makkelijk en ik had ze door omstandigheden soms wat meer nodig gehad vroeger. Maar nu waren ze daar en toen kwam dat moment dat ik eindelijk kon zeggen dat ik bang was om het niet goed te doen. Dat ik niet wilde stoppen, omdat ik dan weer iets niet afmaakte voor mijn gevoel. Dat ik samen met mijn vrienden wilde afstuderen en dat ik het in mijn hoofd had dat ik dit jaar moest afstuderen. Ik wilde bewijzen aan die meester, aan anderen en met name aan mezelf dat ik dit makkelijk in 4 jaar kon. Maar mijn lichaam kon niet meer en ik besefte mij dat er niets anders op zat dan tijdelijk te stoppen met mijn opleiding. Er viel een last van mijn schouders af, maar tegelijkertijd was ik ook zo verdrietig!
Aanvaarding
Tot op heden hang ik nog tussen verdriet, depressie en aanvaarding in. Er zijn lichamelijk wat momenten geweest die er voor hebben gezorgd dat mijn proces naar aanvaarding niet sneller ging. Zo achtervolgen mij nu nog steeds de klachten van mijn hersenschudding. Nadat ik twee maanden geleden drie verstandkiezen hebben moeten trekken, bleef ik aanhoudende klachten hebben aan de rechterkant van mijn mond. Ook dat was soms even weg en dan weer terug, op het moment is het weer even hevig terug en ben ik er achter gekomen een overbelaste kaak te hebben. Als gevolg van de val in combinatie met het overbelasten door stress en de tandartsbezoeken. Ik wist niet dat het bestond en ik kan je zeggen het is geen pretje. Het haalt mij weer richting mijn hoofd en in je hoofd wordt angst gezaaid. Maar dit hoofd houdt ook hoop. Ik ben er nog niet, maar ik ben wel steeds meer in staat om mijn lichaam en geest met elkaar te verbinden. Ik had nooit gedacht mij zo te kunnen voelen, het maakt je machteloos en je voelt je soms ongelooflijk alleen. Maar door deze actie van MIND besef ik mij (helaas en gelukkig) dat ik niet de enige ben.
Ik hoop binnenkort langzaamaan wat dagelijkse activiteiten op te kunnen pakken en in september mijn studie weer te kunnen herstartten. Maar ik besef mij ook dat ik de tijd mag nemen voor dit proces en dat er vanzelf een moment komt dat het beter gaat. Stapje voor stapje. Voor anderen wil ik mee geven goed op jezelf te passen en vooral te doen waar je gelukkig van wordt. Met geluk heb je een lang, mooi, studerend en werkend leven voor je. Maar je hoeft nergens de beste in te zijn. Iedereen heeft iets te verwerken in zijn leven en ieder doet dit op zijn eigen manier. Niks is goed of fout, zolang je maar op jouw manier van het leven houdt.
Lieve groet,
Leanne Enderink
Verhalen zijn persoonlijk
Wees je ervan bewust dat deze verhalen persoonlijke ervaringen zijn. Wat voor de één werkt, werkt niet automatisch ook voor jou. En als iemand een bepaalde overtuiging heeft, wil dat niet zeggen dat deze overtuiging ook klopt.
Informeer je goed als je overweegt om medicijnen te gaan gebruiken. Passende medicatie is voor iedereen anders. Overleg met je behandelaar en kijk hier.