#Openup: Mijn paniekstoornis en ik

Dit ben ik, tijdens mijn uitwisseling in Wales, waarvan ik nooit verwacht had dat ik het zou kunnen.

Deze week staat bij MINDyoung samen met 3FM in het kader van openuppen. Oftewel jezelf blootgeven en open te vertellen. Dit inspireerde mij om ook mijn verhaal te vertellen. Met #openup kun je aandacht vragen voor deze actie!

Ik hou zelf ook een blog bij waar ik mijn ervaringen, inzichten en opvattingen deel over onder andere psychologie en lifestyle. Nieuwsgierig? Check m hier: randomdutchie.com. Je kunt ook even kijken op mijn instagram of facebook. Gebruik #randomdutchie of tag me of twitter @random_dutchie om mijn aandacht te krijgen! 

Laat ik beginnen door mezelf even kort voor te stellen. Ik ben een 21 jarige psychologie studente en woon nu al ruim 2 jaar op mezelf. Op dit moment gaat het goed met me, maar dat is niet altijd het geval geweest. Ik heb namelijk een paniekstoornis.

Wat houdt een paniekstoornis eigenlijk in? Voor iedereen is dat natuurlijk verschillend, maar in mijn geval betekent het dat ik, in de periodes dat ik er last van heb, regelmatig last heb van paniekaanvallen. Tijdens een milde aanval ben ik over het algemeen erg gespannen en voel ik me misselijk, dit kun je zien aan mijn houding omdat ik vaak mijn handen tot vuisten bal en een beetje in elkaar gedoken zit. In het ergste geval betekent een paniekaanval voor mij dat ik me nergens anders meer op kan focussen dan hoe ziek en angstig ik me voel. Ik ben gespannen, verschrikkelijk misselijk, ik tril, zweet, haal oppervlakkig adem en kan niet goed stilzitten. Op zich zijn al deze symptomen logisch als je daadwerkelijk in gevaar bent en moet vluchten. Je adrenaline levels schieten omhoog zodat je op scherp staat als je heel hard weg moet rennen, wat ook zorgt voor een verhoogde hartslag en een verandering in je ademhaling. Als zo’n zware paniekaanval dan over is ben ik uitgeput en slapjes. Logisch aangezien mijn lichaam net een flinke klap te verduren heeft gekregen, maar daarom niet minder frustrerend.

Hoe is dit voor mij nou begonnen? Wat ik me bewust kan herinneren is dat het begonnen is toen ik in de tweede klas van de middelbare zat. We waren in de les een film aan het kijken en ik werd ineens heel erg misselijk. Nou is het natuurlijk niet raar dat je een keer ziek wordt tijdens de les en naar huis gaat, maar voor mij was dit het begin van een jarenlang durende strijd met mezelf. In de weken daarna keerde datzelfde gevoel regelmatig terug, soms zelfs meerdere keren per dag. Ik ben vaak ziek naar huis gegaan en miste veel lessen. Ik wist niet wat er met me aan de hand was en ging met mijn klachten naar de dokter. Na vele tests voor fysieke oorzaken gedaan te hebben stuurde hij me door naar een kinderarts (tegen die tijd moet ik een jaar of 15 zijn geweest). Deze kinderarts heeft letterlijk tegen mij gezegd dat hij niks kon vinden, niks voor me kon doen en dat ik “er maar mee moest leren leven”. Maar hoe kun je als meisje van 15 nou omgaan met het uitzicht dat je voor de rest van je leven elke dag weer misselijk zal zijn? Op dit moment drong het nog niet tot me door dat er misschien niet iets lichamelijks met me aan de hand was, maar iets psychisch.

In de jaren daarop heb ik op verschillende manieren geprobeerd om op een normale manier door te gaan met mijn leven. Ik had weinig zelfvertrouwen en de constante onzekerheid en angstigheid die ik voelde hielpen daar nou niet echt aan mee. Ik ontweek sociale gelegenheden, zoals uit eten gaan of naar de film in de bioscoop, omdat ik me hier vaak niet lekker voelde. Uit voorzorg had ik altijd een plastic tasje bij me, voor als ik toch over zou moeten geven. Ik belandde in het alternatieve geneeswijze circuit bij een goede accupuncturiste die mij probeerde te helpen. Het idee dat ik probeerde om mezelf beter te maken heeft denk ik al een deel geholpen. Zij gaf me een aantal tips, bijvoorbeeld om ritme aan te brengen in mijn slaap- en eetgewoonten en bepaalde dingen wel of niet te eten. Zo kwam ik erachter dat ik lactose intolerant ben, wat kan zorgen voor misselijkheid. Langzaamaan ging het beter met me en begon ik wat meer vertrouwen in mijn lichaam en mezelf terug te krijgen. Dit zorgde er vervolgens voor dat ik beter in mijn vel zat en dat het beter ging met mijn, tot dan nog onbekende, paniekaanvallen. Het grootste deel van mijn 17/18e jaar ging het goed met me. Ik had vrijwel geen last van mijn misselijkheid en het lukte me zelfs om ondanks veel gemiste lessen met een goed gemiddelde mijn eindexamens in te gaan.

En toen? Stress! Ik verpestte mijn tweede examen en raakte in paniek. Zo erg zelfs dat ik dat ik de volgende dag op het toilet op school over heb gegeven van de zenuwen. De rest van de examenweken kreeg ik geen hap ontbijt door mijn keel en al snel verloor ik het heropgebouwde vertrouwen in mezelf. Gelukkig heb ik mijn examens gehaald en ging ik door naar de universiteit.

Ik ging psychologie studeren, toepasselijk niet? Het eerste semester verliep redelijk, als je kijkt naar mijn schoolprestaties. Echter ging het met mij niet goed. Ik had regelmatig last van aanvallen, was constant moe en begon me steeds meer “down” te voelen. Halverwege het eerste jaar, ik was toen bijna 19, besloot ik op mezelf te gaan wonen in de stad waar ik studeer. Pas toen ik alleen was en voor mezelf moest zorgen, merkte ik eigenlijk hoe slecht het met me ging. Het gevoel wat ik toen had kan ik zelf het best beschrijven als bijna verdrinken in zee. Je blijft zwemmen, maar elke keer zijn er golven die je naar beneden duwen en stromingen die je onder water trekken. Hoewel je telkens weer even boven water weet te komen, kan je dit niet volhouden, je raakt uitgeput, tot je op een gegeven moment niet meer boven kan komen.

Dit is hoe ik me op dat moment voelde en ik wist dat het niet langer meer zo ging. Vanuit mijn studie realiseerde ik me dat wat ik had heel erg leek op een angststoornis. Ondertussen had ik het vertrouwen in mijn huisarts flink verloren, maar ik besloot een laatste keer naar hem toe te stappen en te vragen om een verwijsbrief naar een psycholoog. Die kreeg ik! En geloof me als ik zeg dat dit mijn redding is geweest.

Nadat ik de verwijsbrief had gehad (5 jaar nadat ik voor het eerst hulp zocht!!) ging ik één keer per week, en later één keer per twee weken, naar mijn psychologe. Ik werd gediagnostiseerd met een paniekstoornis met kenmerken van agorafobie, ook wel bekend als straatvrees. Bij mijn psychologe besprak ik hoe het met me ging, waar ik tegenaan was gelopen en hoe we dit op konden lossen. Na twaalf weken was ik uitbehandeld en ging het een stuk beter met me. Ik was zelfverzekerder, blijer en had een stuk optimistischere kijk gekregen op het leven. Ik had ademhalingsoefeningen geleerd en mijn foute gedachten omgezet tot rationele en kalmerende gedachten.

De belangrijkste les die ik geleerd heb? Accepteren is niet hetzelfde als opgeven. Voordat ik dit leerde betekende voor mij accepteren dat je zegt: “oke, ik heb dit, ik moet er mee leren leven. Dit is het en het gaat nooit beter worden dan dit.” Dat klinkt als opgeven toch? Maar dit is niet wat accepteren is. Accepteren betekent dat je zegt: “Ja, ik heb een paniekstoornis en ik moet er mee leren leven.” Belangrijk is hierbij om te begrijpen dat er wel mogelijkheden zijn om beter te worden en dat je niet je hoop op een beter leven opgeeft. Het gaat om stoppen met vechten en deze energie om te zetten in het werken aan verbetering. Want juist als je accepteert dat je iets hebt kan je toewerken naar een doel waarbij jij voelt dat je leven weer daadwerkelijk leefbaar is. En ja, dat is hard werken, en nee, dat zal mogelijk nooit over gaan. Ik weet dat ik een paniekstoornis heb, maar ik weet ook hoe het is om te vechten vóór verbetering, in plaats van tégen mijn stoornis. Ik weet dat de kans bestaat dat, nu het goed gaat, ik terug kan vallen. Maar ik weet zeker dat ik de middelen heb om daar mee om te gaan en er weer bovenop te komen.

Mijn grootste overwinning tot nu toe? Voor een half jaar naar Wales op uitwisseling! Ik ben nu een aantal maanden terug en ik kan eerlijk zeggen dat ik niet had verwacht dat het zo goed zou gaan. Een jaar voordat ik ging zou ik je voor gek hebben verklaard als je me vertelde dat ik dit zou doen, maar het is me toch maar mooi gelukt! Ik heb hierover ook meerdere posts geschreven op mijn eigen blog randomdutchie.com, neem hier eens een kijkje als je meer wil weten.

Als afsluiter wil ik zeggen: Ja, ik heb een paniekstoornis en, belangrijker, het gaat goed met me. Soms gaat het iets minder, maar nu weet ik waardoor het komt en kan ik hieraan werken. Ik ben sterk en, echt waar, deze stoornis heeft mij sterker gemaakt. Ik weet nu hoe het is om te vechten voor mezelf en te geloven in mijn eigen kunnen!

Meer ervaringsverhalen